Ga terug
Landschapstuin
In de tweede helft van de 19e eeuw is de ‘tuin’ aangepast als landschapspark met glooiende lijnen, grasvelden, een gevarieerd assortiment aan boomgroepen en solitaire bomen en uitzichten over de Roer. De bomen bevinden zich zowel in het ‘tuin’ gedeelte als ook op het hooiland, waardoor er net als in de Engelse landschapsparken een illusie wordt gewekt van een grotere tuin en een idyllisch park dat doorgaat tot de einder, met het hooiland en het landschap rondom de Roer als ‘geleend’ uitzicht. Het hooiland wordt aan de westkant begrensd door een rechte sloot, begeleid door enkele imposante eiken. De vormgeving van de tuin, situering van bomen en gebruik van landschap architectonische principes doet vermoeden dat een professioneel landschapsarchitect de aanleg heeft verzorgd. De naam van Hendrik Copijn (182-1923) wordt in dit verband genoemd, gezien zijn professionele banden met Pierre Cuypers, doch enig bewijs daarvoor ontbreekt tot nu toe, ook in de verschillende archieven van bibliotheken en de familie Copijn.
Meer details